Patiënt gerepatrieerd naar West-Afrika
Binnen FPC Dr. S. van Mesdag worden meerdere ongewenst verklaarde vreemdelingen behandeld: het gaat om mannen die vanwege een delict tbs opgelegd hebben gekregen: na onderzoek heeft de IND hen het Nederlands verblijfsrecht ontnomen. Omdat ze niet kunnen resocialiseren in Nederland worden ze behandeld tot ze kunnen repatriëren naar hun land van herkomst. Eind januari heeft een transfercoördinator van FPC Van Mesdag een patiënt gerepatrieerd naar een land in West-Afrika. Hij vertelt hoe de repatriëring is voorbereid en uitgevoerd.
Hoe begon je het traject?
“Het begon met het voorbereiden van de patiënt: hij moest zich realiseren en accepteren dat er voor hem geen toekomst meer is in Nederland. Vervolgens start je het onderzoek door zoveel mogelijk documenten te verzamelen. Je zoekt contact met mogelijke netwerkleden in het land van herkomst, je legt contact met de autoriteiten. Een tante van de patiënt stuurde zijn verlopen carte nationale (ID-kaart) op. Ondanks dat het verlopen was, zou hij met dat document wel het land binnen kunnen komen.
Tegelijkertijd doe je onderzoek naar een geschikte opvang voor de patiënt. Ik kwam uiteindelijk terecht bij een particuliere psychiatrische kliniek.”
Hoe verliep het contact met die kliniek?
“Ik heb veel telefonisch en video-overleg met de kliniek gehad, over wat hen te doen stond met onze patiënt. Ik vertelde dat hij lang niet in de samenleving heeft gefunctioneerd, dat hij dus moet resocialiseren. Ik legde uit hoe wij graag zien dat het laatste stukje behandeling wordt uitgevoerd en wat de aandachtspunten zijn bij deze patiënt. Ook voer je de gesprekken over het kostenplaatje voor verblijf, voeding, medicatie en therapie. Die kosten vallen vaak in het niet bij wat nog een aantal jaren tbs-behandeling in Nederland kost.”
Wie neemt het besluit tot repatriëring?
“Toen alles rond was, hebben de behandelcoördinator en ik bij de tbs-verlengingszitting ons plan voorgelegd aan de rechtbank: dat er voor de patiënt geen toekomst meer is in Nederland, dat hij de kans krijgt om vanuit een kliniek in zijn geboorteland te resocialiseren en dat de patiënt graag meewerkt. De rechtbank heeft de uitspraak gedaan dat zijn tbs beëindigd wordt onder voorwaarde dat hij het land verlaat en niet terugkeert. Mocht hij dat wel doen, dan herleeft de tbs-maatregel. Na de uitspraak hadden we een week of zes om alles te regelen voor vertrek.”
Hoe verliep de voorbereiding?
“We kwamen in een stroomversnelling van regelzaken. De Nederlandse consul van het geboorteland gaf een tijdelijk reisdocument (‘laissez passer’) af, mocht zijn verlopen ID-bewijs niet genoeg zijn om het land binnen te komen. Onze medische dienst zorgde ervoor dat er voor een aantal weken medicatie klaar lag. De dienst terugkeer & vertrek van het ministerie regelde de vlucht en stelde de Koninklijke Marechaussee op de hoogte. Marechaussees verzorgen de veiligheid tijdens de reis. Ook de sociotherapie heeft veel gedaan in de voorbereiding; niet alleen het samen met de patiënt pakken van de koffers, het klaar leggen van de medicatie, maar ook gesprekken voeren met de patiënt over zijn familie, werk dat hij daar zou kunnen doen, etc.”
Hoe verliep de reis?
“Midden in de nacht haalde ik de patiënt op bij FPC Dr. S. van Mesdag. We reden met speciaal vervoer van DV&O naar Schiphol, naar de locatie van de Koninklijke Marechaussee. We maakten kennis met de marechaussees die meegingen voor de beveiliging. Zij legden de patiënt uit wat er ging gebeuren en er ontstond meteen een goed contact. Ik zag aan de patiënt dat hij spanning had voor het vliegen. In het vliegtuig zat hij tussen twee marechaussees in. Hij ontdooide langzamerhand en maakte grapjes met de marechaussees.”
Hoe was de ontvangst op het vliegveld?
“Bij binnenkomst bij de paspoortcontrole kun je een hoop vragen verwachten. Want wat komen deze Nederlandse mannen hier doen met een Afrikaan met een verlopen paspoort? Wonder boven wonder werden er niet veel vragen gesteld en liepen we vlot door de paspoortcontrole. In principe houdt hier de beveiligingsopdracht van de Koninklijke Marechaussee op.
Een aantal stappen verwijderd van de uitgang pikte de politie ons er nog uit en vroeg ons mee te komen voor onderzoek. In het Frans vroegen ze wat we kwamen doen en werden onze documenten nogmaals gecontroleerd. Het werd een gesprek met handen en voeten. Iets later kwam zoals afgesproken ook de manager van de kliniek op het vliegveld. Na contact tussen de politie en de kliniek mochten we na ruim een uur het vliegveld verlaten. Op de parkeerplaats stond een bus van de kliniek met 2 medewerkers. Ze namen mij en de patiënt mee en we arriveerden rond middernacht bij de kliniek.”
Hoe werd de patiënt opgenomen?
“In de kliniek werd hem een kamer toegewezen; ik heb uitgebreid gesproken met de psychiater, maatschappelijk werker en een financiële man. Ik heb hen uitgelegd wat de patiënt van hen nodig had, wat bij hem de aandachtspunten zijn, welke medicijnen hij nodig heeft, etc. Terwijl we daar zaten, zag ik een enorme kakkerlak op de grond lopen. De arts ging staan, trapte hem dood en schoof hem onder de bank waar ik op zat. ‘Welkom in Afrika’, dacht ik bij mijzelf. Omdat ik de volgende dag weer terug zou vliegen, deden we de overdracht midden in de nacht. Ik heb de patiënt daarna nog even opgezocht op zijn kamer om afscheid te nemen. Hij was blij en tevreden over hoe het verlopen was en bedankte me. Ik heb de patiënt mijn kaartje gegeven zodat hij contact kan opnemen als hij met vragen zit. Na een lange werkdag van bijna 24 uur kon ik richting het hotel om te slapen. De volgende dag zou ik weer terugvliegen naar Nederland.”
Hoe kijk je erop terug?
“Het was een succesvolle en goed verlopen repatriëring. Met de kliniek in het West-Afrikaanse land is afgesproken dat de patiënt daar vier maanden intern verblijft. Hij mag alleen met begeleiding naar buiten en dit wordt in fases opgebouwd. In deze vier maanden gaan ze met hem zoeken naar een begeleide woonvorm en naar werk. Ook zorgen ze ervoor dat hij verzekerd wordt. Stroomt hij uit, dan blijft een maatschappelijk werker bij hem betrokken, zolang dat nodig is. De patiënt heeft zelf al contact gelegd met zijn familie. Na een paar dagen kreeg ik een appje van de patiënt met een foto. Het gaat goed met hem, hij is blij met de kans die hij gekregen heeft.”