Commissie van Toezicht aan de slag met Moreel Beraad
De Commissie van Toezicht van FPC Dr. S. van Mesdag houdt zich
niet alleen bezig met horingen en beklagzittingen van patiënten. In de
speelruimte die er bestaat tussen de juridische regels moeten soms ingewikkelde
afwegingen worden gemaakt. Of zoals de voorzitter zegt: 'We passen niet alleen
regels toe, we hebben ook onze opvattingen.'
Om handen en voeten te geven aan deze opvattingen, aan de
moeilijke afwegingen die er soms gemaakt moeten worden wilde de Commissie graag
meer weten over het moreel beraad. In een korte introductie is uitgelegd hoe
deze methode werkt waarbij een getrainde gespreksleider aan de hand van een
methode (stappenplan) de onderzoeksdialoog faciliteert.
Er is een concrete casus uit de praktijk gebruikt om vervolgens te
oefenen met moreel beraad. Heel in het kort (en aangepast om herkenbaarheid te
voorkomen): Een patiënt schrijft veel brieven 'naar buiten'. Er staan geen
strafbare feiten in, maar het 'schuurt' wel omdat hij schrijft naar mensen met
veel klachten over 'het systeem' en de wens een Arische vrouw te vinden. Met
name dat tweede schuurt omdat dit raakt aan eigen opvattingen.
De Commissie van Toezicht vraagt zich af of zij postcensuur
behoren op te leggen of dat hij zijn brieven mag blijven verzenden. Waarden die
onder vuur liggen zijn bijvoorbeeld bescherming en veiligheid versus vrijheid
en autonomie. De casus is uitgewerkt met behulp van een stappenplan.
Zonder daar hier uitvoerig op in te gaan, wat vooral naar voren komt is dat
(straf)rechters snel zoeken naar het houvast van wet- en regelgeving. Maar
omdat het gaat om een morele vraag was het juist de oefening om te zoeken naar
een afweging in die speelruimte. Dat lukte uiteindelijk heel goed.
Argumenten voor censuur zijn bijvoorbeeld dat deze brieven de
patiënt zo bezighouden dat hij niet aan zijn behandeling toekomt (bescherming,
veiligheid), en ook dat de ontvangers zo een vreemd beeld van tbs kunnen
krijgen. Aan de andere kant, het is niet strafbaar (rechtvaardigheid) en heeft
de patiënt niet recht op een beetje vrijheid binnen de muren (autonomie). Vanuit
de patiënt zelf: ik heb recht op schrijven (rechtvaardigheid). Ik word ook
slecht behandeld. En waarom mag ik geen Arische vriendin vinden?
Moreel beraad is geen toverdoos en de conclusie was niet
eensluidend. Echter het grijze gebied tussen deze twee uitersten werd
onderzocht: Kunnen de brieven bijvoorbeeld niet gelezen worden voor het
verzenden? Los van de praktische haken en ogen die hier aan kleven dienden zich
al nieuwe dilemma's aan: wat sta je nog toe en wat niet meer? Al doende raakte
de dialoog steeds meer moreel geladen.
De Commissie van Toezicht heeft kunnen ruiken aan hoe een moreel
beraad werkt. Achteraf waren ze positief. Ze zie er de meerwaarde van in, niet
alleen binnen de behandeling, maar ook voor mogelijke toekomstige casuïstiek
van henzelf.