Visie op Beveiliging

Binnen de Mesdag staat de behandeling centraal. De beveiliging passen we zoveel mogelijk aan de behandeling aan (integratie van Behandeling & Beveiliging). Voorwaarde is wel altijd dat er binnen of buiten de Mesdag geen gevaarlijke situaties ontstaan.

Doel van onze beveiliging is dat de Mesdag een veilige woon- en behandelomgeving is voor onze patiënten en een veilige werkplek voor onze medewerkers. Patiënten zijn daardoor in staat om aan hun problematiek te werken. Medewerkers kunnen vanuit die veiligheid patiënten aanspreken op hun gedrag als dat nodig is. Daarnaast moeten de beveiligingsmaatregelen er ook toe leiden dat de patiënten niet zonder toestemming buiten de Mesdag verblijven. Het streven is dat onze patiënten tijdens hun behandeling nauwelijks tot niet gevaarlijk zijn voor de samenleving.

Hoe creëren we die veiligheid?
Veiligheid creëren we in eerste instantie door een goede relatie met de patiënt(en) op te bouwen en te behouden. Wanneer je de patiënten goed kent en weet wat er omgaat in de individuele patiënt en binnen de groep, ben je in staat afwijkend(e) gedrag en omstandigheden snel te signaleren. Door vervolgens samen met de patiënt(en) te onderzoeken op welke wijze je de normale situatie kunt herstellen, is het mogelijk incidenten te voorkomen.

Naast het investeren in contact zijn er nog andere manieren waarop we in en buiten de Mesdag veiligheid creëren. We noemen er hier drie.

Signaleringsplannen
Als onderdeel van het behandelplan maken we met elke patiënt een signaleringsplan. In dit plan worden signalen (risicogedrag van de patiënt) beschreven, die aangeven dat het minder goed gaat met de patiënt en dat er mogelijk een crisis dreigt.

In het signaleringsplan is ook een actieplan opgenomen. Daarin staat wat de patiënt en/of de medewerkers kunnen doen om ervoor te zorgen dat het risicogedrag van de patiënt weer afneemt. Door vroegtijdig hulp te vragen (patiënt) of in te grijpen (medewerker of patiënt) kunnen we voorkomen dat er gevaarlijke situaties ontstaan.

De patiënten leren op welke wijze ze dit plan kunnen gebruiken. Het doel is dat ze deze werkwijze blijven gebruiken als ze stapsgewijs terugkeren in de maatschappij.

Risicotaxatie-instrumenten
Risicotaxatie-instrumenten zijn wetenschappelijk onderbouwde vragenlijsten waarmee je kunt inschatten hoe groot de kans is dat de patiënt opnieuw een ernstig delict pleegt. Met behulp van de risicotaxaties kijken we bijvoorbeeld naar in hoeverre de patiënt risicogedrag laat zien, zoals agressie, impulsief gedrag en middelengebruik.

Voor elke patiënt wordt minstens één keer per jaar een risicotaxatie afgenomen door zijn behandelaar en een medewerker van de afdeling Onderzoek. Dit gebeurt onafhankelijk van elkaar. De definitieve scores worden in overleg met elkaar vastgesteld. Of iemand op verlof mag is onder meer afhankelijk van de risicotaxatie. Een patiënt mag alleen op verlof als de kans op recidive laag is.

De score op de risicotaxatie zegt ook iets over het effect van de behandeling. Een patiënt zou gedurende zijn behandeling steeds lager moeten scoren op de recidivekans. Op basis van de score kan het behandelplan worden aangepast.

Dienst Geïntegreerde Beveiliging
De dienst geïntegreerde beveiliging (DGB) ondersteunt de medewerkers in de Mesdag. Deze dienst is verantwoordelijk voor specifieke beveiligingstaken, zoals het beveiligen van het gebouw (binnen en buiten) en het bieden van ondersteuning in situaties waarin er sprake is van (dreigend) fysiek geweld. Bij dit laatste maakt de DGB zoveel mogelijk gebruik van deëscalerende methodes.